
Euthanasie(SV 14/06/2014)
14 juni 2014Klik hier om de PDF te downloaden
§1 In de Bijbel: voor de komst van de wet van het volk Israël
Genesis 14:18-20
Tekst
18 En Melchizedek, de koning van Salem, bracht brood en wijn; hij was een priester van God, de Allerhoogste. 19 En hij zegende hem en zei: “Gezegend zij Abram1 door God, de Allerhoogste, Die hemel en aarde bezit! 20 En geloofd zij God, de Allerhoogste, Die overgeleverd heeft uw tegenstanders in uw hand!” En hij gaf hem van alles een tiende deel.
Besluit
Deze eerste tekst waarin het woord ‘tiende’ vermeld wordt, geeft ons niet veel details (gaat het om een eenmalige gebeurtenis? Een gewoonte?), maar het principe bestaat reeds in deze heel oude geschiedenis, nog vooraleer het Joodse volk de Wet ontvangen heeft. Dit is een belangrijk argument voor hen die zeggen dat, hoewel we niet onder de Wet van het Oude Testament, maar onder die van het Nieuwe Testament leven, de oorspronkelijke principes toch hun waarde behouden.
Genesis 28:18-22
Tekst
18 Daarna stond Jakob ’s morgens vroeg op. Hij nam de steen waar hij zijn hoofdkussen van gemaakt had, zette die overeind als een gedenkteken en goot er olie op. 19 Hij gaf die plaats de naam Bethel, hoewel de naam van de stad eerst Luz was. 20 Jakob legde een gelofte af en zei: “Als God met mij zal zijn en mij zal beschermen op deze weg, waar ik op ga, en mij brood zal geven om te eten en kleren om aan te trekken, 21 en ik in vrede in het huis van mijn vader zal terugkeren, dan zal de HEERE mij tot een God zijn. 22 Deze steen, die ik als gedenkteken overeind gezet heb, zal een huis van God zijn. En van alles wat U mij geven zult, zal ik U zeker het tiende deel geven.”
Besluit
Zelfde situatie (Jakob is de kleinzoon van Abraham, het volk Israël heeft de Wet nog niet ontvangen), zelfde besluit: weinig details, maar het principe is aanwezig.
§2 In de Bijbel: wetgeving van het volk Israël
Numeri 18:21
Tekst
21 “En zie, aan de nakomelingen van Levi heb Ik4 alle tienden in Israël als erfelijk bezit gegeven, als vergoeding voor hun dienst, die zij verrichten, de dienst in de tent van ontmoeting.”
Besluit
De ‘bedienaars van de eredienst’ hadden recht op betaling voor hun diensten.
Leviticus 27:30-32
Tekst
30 Alle tienden van het land, zowel van het zaaigoed van het land als van de vruchten aan de bomen, zijn voor de HEERE bestemd. Ze zijn heilig voor de HEERE. 31 Maar als iemand toch een deel van zijn tienden vrijkoopt, moet hij het vijfde deel ervan daaraan toevoegen. 32 En alle tienden van runderen en kleinvee, van alles wat bij de telling onder de staf doorgaat, het tiende is heilig voor de HEERE.
Besluit
Enkele bijkomende details, maar geen verdere uitleg van het principe.
Deuteronomium 14:22-29
Tekst
22 “Van heel de opbrengst van uw zaad, wat het veld jaar op jaar voortbrengt, moet u5 getrouw het tiende deel geven. 23 Voor het aangezicht van de HEERE, uw God, op de plaats die Hij zal uitkiezen om Zijn Naam daar te laten wonen, moet u de tienden van uw koren, van uw nieuwe wijn en van uw olie, en de eerstgeborenen van uw runderen en van uw kleinvee eten, om de HEERE, uw God, te leren vrezen6, alle dagen. 24 Als de weg voor u te lang is, zodat u dat alles niet kunt meenemen, omdat de plaats die de HEERE, uw God, zal uitkiezen om Zijn Naam daar te vestigen, te ver bij u vandaan is, dan moet u, wanneer de HEERE, uw God, u gezegend heeft, 25 het te gelde maken, het geld in een buidel meenemen en naar de plaats gaan die de HEERE, uw God, zal uitkiezen. 26 Daar moet u dat geld besteden aan alles wat uw ziel verlangt: runderen en kleinvee, wijn en sterkedrank, ja, alles wat uw ziel maar wenst. Dan kunt u daar eten voor het aangezicht van de HEERE, uw God, en u verblijden, u en uw gezin. 27 Daarbij mag u de Leviet die binnen uw poorten is, niet in de steek laten. Hij heeft immers geen aandeel of erfelijk bezit samen met u. 28 Om de drie jaar moet u alle tienden van uw opbrengst van dat jaar brengen en opslaan binnen uw poorten. 29 Dan kan de Leviet komen – hij heeft immers geen aandeel of erfelijk bezit samen met u – en de vreemdeling, de wees en de weduwe die binnen uw poorten zijn, en kunnen zij eten en verzadigd worden; opdat de HEERE, uw God, u zegent in al het werk dat u doet.
Besluit
Het lijkt alsof er drie categorieën bestaan: naast de eredienst is er ook het culturele (de feesten) en het sociale (de vreemdeling, de wees en de weduwe). Hoe vertaal je dat principe naar onze huidige maatschappij, waar diverse aspecten rond deze onderwerpen geregeld worden via de belastingen? Rond dit punt bestaan er meerdere opvattingen binnen de protestants-evangelische middens. Bovendien gaat het hier duidelijk over wetgeving geldig voor het volk Israël. In welke mate is deze nog geldig voor christenen, voor wie het Nieuwe Testament op zijn minst ten dele de Wet van het Oude Testament heeft afgeschaft. Ook op dit punt bestaan er meerdere standpunten in de protestantsevangelische middens.
§3 In de Bijbel: de praktijk
Maleachi 3:8-10
Tekst
8 “Zou een mens God beroven? Werkelijk, u berooft Mij10! En dan zegt u: “Waarvan beroven wij U?” Van de tienden en de offergave! 9 U bent door de vloek getroffen, omdat u Mij berooft, als volk in zijn geheel. 10 Breng al de tienden naar het voorraadhuis, zodat er voedsel in Mijn huis is. Stel Mij toch hierin op de proef, zegt de HEERE van de legermachten, of Ik niet de vensters11 van de hemel voor u zal openen, en zegen over u zal uitgieten, zodat er geen (schuren) genoeg zullen zijn.”
Besluit
Men moet zich houden aan de Wet en aan de zelf gedane beloften. Is deze wet echter nog van kracht voor christenen? Zie eerder.
God nodigt de toehoorders uit om Hem ‘op de proef te stellen’, zijn betrouwbaarheid te evalueren. Uiteraard gaat dit normaliter in de andere richting, maar hier wil God door een teken hulp bieden aan mensen die twijfelen of ze er wel goed aan doen om Hem te dienen, uiteraard niet met de bedoeling dat mensen Hem met een trotse houding zouden provoceren (zie hierover Deut. 6:16; Ps. 78:40-41, 56; Matt. 4:7) 14.
§4 In de geschiedenis
Tobit15 1:7-8
Tekst
Dat gaf ik aan de priesters bij het altaar, de zonen van Aäron. Verder gaf ik de Levieten die dienstdeden in Jeruzalem een tiende van het graan, de wijn, de olijfolie, de granaatappels, de vijgen en de overige boomvruchten. Ook het tweede tiende maakte ik jaarlijks gedurende zes jaar18 te gelde, ging op reis en besteedde het in Jeruzalem. 8 En ik gaf het aan de wezen en de weduwen, en aan bekeerlingen die zich bij de zonen van Israël hadden gevoegd. Ik gaf het hun in elk derde jaar en we maakten het op overeenkomstig het voorschrift dat daarover is voorgeschreven in de wet van Mozes.
Besluit
Het systeem was goed en wel in voege aan het begin van de tweede eeuw voor Christus.
Flavius Josephus, Oudheden IV 240
Tekst
“Bovenop de twee tienden die ik jullie heb opgedragen om jaarlijks te betalen, de ene voor de Levieten en de andere voor de feestmaaltijden, moet u een derde tiende om de drie jaar meebrengen om uit te delen ten behoeve van de tekorten onder weduwen en wezen.”
Besluit
Het systeem is welbekend in de eerste eeuw van onze tijdrekening.
§5 Conclusie
voor de periode voor het Nieuwe Testament Er bestond een driedelig systeem voor de tienden. Het is moeilijk om dit over te brengen naar onze tijd. Voor protestanten is het niet mogelijk om eenvoudigweg wat gezegd wordt over de priesters van het Oude Testament over te brengen naar de predikanten van het Nieuw Testament: men belijdt namelijk het universele priesterschap van alle gelovigen, en het unieke priesterschap van Jezus Christus. Toch is de gedachte aan een tiende voor de eredienst niet beperkt tot de wetgeving onder het volk Israël. Zelfs indien men niet van mening is dat de tiende nog toepasbaar is voor christenen (en daarover bestaat verschil van mening binnen het protestantisme), dan nog blijven volgende principes geldig, namelijk: a) dat christenen worden geacht geld te voorzien voor het onderwijs en de eredienst; b) dat christenen erop dienen toe te zien dat de werkers van de kerk geen nood kennen, noch in hun persoonlijke behoeften, noch wat betreft de onkosten voor de uitoefening van hun taak; c) dat gelovigen zich samen mogen verheugen voor het aangezicht van God, en hieraan geld mogen besteden; d) dat men zorg moet dragen voor mensen die noden kennen en die buiten de beschermende vangnetten van onze maatschappij vallen.
§6 Het woord ‘tiende’ in het Nieuwe Testament
Matteüs 23:23
Tekst
23 Wee u, schriftgeleerden en farizeeën, huichelaars, want u geeft tienden van de munt, de dille en de komijn, en u laat het belangrijkste van de Wet na: het recht, en de barmhartigheid en het geloof. Deze dingen zou men moeten doen en die andere dingen niet nalaten.
Besluit
De tiende wordt hier niet afgewezen, maar wordt niettemin aangehaald met een negatieve bijklank.
Hebreeën 7:4
Tekst
4 Merk nu op hoe groot hij geweest is, iemand aan wie de aartsvader Abraham zelfs een tiende deel van de buit gegeven heeft.
Besluit
Hoewel het woord ‘tiende’ hier zes keer wordt vermeld (Hebr. 7:1-10), gaat het hier om een vergelijking tussen Abraham en Melchizedek, en niet over de tienden.
§7 Het principe van de vrijgevigheid in het Nieuwe Testament
Matteüs 6:3-4
Tekst
3 “Maar als u een liefdegave geeft, laat dan uw linkerhand niet weten wat uw rechterhand doet, 4 zodat uw liefdegave in het verborgene zal zijn; en uw Vader, Die in het verborgene ziet, zal het u in het openbaar vergelden.” Besluit Voor sommige christenen zijn de woorden van Jezus Christus zelf belangrijker dan andere passages uit het Nieuwe Testament, wat deze verzen extra kracht meegeeft. Niettemin zegt Christus hier niets dat in tegenspraak is met de rest van het Nieuwe Testament. Indien men als het ware zijn eigen gaven verborgen moet houden, dan hoeven de voorganger en zijn administratief personeel ook niet op de hoogte te zijn.
Marcus 12:41-44
Tekst
41 En toen Jezus was gaan zitten tegenover de schatkist, zag Hij hoe de menigte geld in de schatkist wierp; en veel rijken wierpen er veel in. 42 En er kwam één arme weduwe, die er twee kleine munten in wierp, dat is een kwadrant. 43 En toen Hij Zijn discipelen bij Zich geroepen had, zei Hij tegen hen: “Voorwaar, Ik zeg u dat deze arme weduwe er meer ingeworpen heeft dan allen die iets in de schatkist geworpen hebben. 44 Want zij allen hebben van hun overvloed erin geworpen; maar deze heeft van haar armoede alles wat zij had, erin geworpen, heel haar levensonderhoud.”
Besluit
Jezus houdt rekening met de omstandigheden van eenieder en benadrukt de enorme inspanning van de weduwe, zelfs indien ze in reële cijfers maar een kleine som opbracht. Voor hen die hieruit zouden willen afleiden dat alle armen verplicht zijn om hun levensonderhoud af te staan aan de predikant, volstaat het om ook de verzen te lezen die hier onmiddellijk aan voorafgaan (Marcus 12:38-40):
38 En Hij zei tegen hen in Zijn onderricht: “Pas op voor de schriftgeleerden, die gesteld zijn op het rondlopen in lange gewaden, op begroetingen op de markten, 39 op de voorste plaatsen in de synagogen en op de ereplaatsen tijdens de maaltijden. 40 Zij verslinden de huizen van de weduwen en bidden lang voor de schijn. Dezen zullen een zwaarder oordeel ontvangen.”
1 Korintiërs 16:1-2
Tekst
1 Wat nu de inzameling voor de heiligen betreft, moet u het net zo doen als ik het aan de gemeenten in Galatië opgedragen heb: 2 op elke eerste dag van de week moet ieder van u bij zichzelf iets opzijleggen om op te sparen wat in zijn vermogen is, opdat de inzamelingen niet pas dan gehouden worden, wanneer ik gekomen ben.
Besluit
De vrijgevigheid wordt aangemoedigd, zonder dat er sprake is van percentages, noch van een verlangen om te controleren.
Galaten 6:5-7, 10
Tekst
5 Want ieder zal zijn eigen verantwoordelijkheid dragen. 6 En laat hij die onderwezen wordt in het Woord in alle goede dingen delen met hem die onderwijs geeft. 7 Dwaal niet: God laat niet met Zich spotten, want wat de mens zaait, zal hij ook oogsten. … 10 Laten wij dus, terwijl wij gelegenheid hebben, goeddoen aan allen, maar vooral aan de huisgenoten van het geloof.
Besluit
Het principe en de verantwoordelijkheid tegenover de voorgangers komt hier tot uiting, evenals een algemene verantwoordelijkheid tegenover de maatschappij. Dit is een individuele verantwoordelijkheid tegenover God, niet tegenover de predikant.
§8 Conclusies
In protestants-evangelische kerken is het geven van de tienden altijd vrijwillig en vrij, en een uitdrukking van dankbaarheid en toewijding28. Er is geen controle op de mensen die verkiezen om te geven, noch op hen die verkiezen om niet te geven. Uiteraard is het nodig om de Kerk te steunen op financieel vlak: de subsidies zullen niet volstaan en vrijgevigheid is belangrijk.
In ieder geval is het ontoelaatbaar dat de tiende wordt opgelegd door middel van bedreigingen. We zijn protestants-evangelisch: we onderwijzen het Woord en iedere gelovige heeft zijn persoonlijke verantwoordelijkheid. Het is voor de predikant ontoelaatbaar om de tienden persoonlijk van de gelovigen uit de gemeente te vragen. Controle door verschillende personen is noodzakelijk (II Cor. 8:20-21):
Wij proberen te vermijden dat iemand ons verdacht zou maken vanwege dit grote bedrag waarvoor wij zorg dragen, want wij zijn bedacht op wat goed is, niet alleen voor de Heere, maar ook voor de mensen.